ICD-Informatiesite
Hartklepgebreken

Home

Waarom krijgt iemand een ICD
Wat is een ICD
De werking van een ICD
Het ontstaan van de ICD
Nieuwe ontwikkelingen in de ICD technologie
Wat is een Pacemaker ?
Techniek in & om de Pacemaker
Een ICD als Levensverzekering
Uitleg omgang apparatuur
De Werking van het Hart
Het Bewustzijn
Reanimatie
De Ademhaling
Automatische Defibrillator
Automatische Defibrillator - Vervolg
Hartziekten
Hartinfarct
Hartklepgebreken
Hartfalen
Aangeboren Hartafwijking
Vaat - aandoeningen
Syndroom van Marfan
Onderzoeksmethoden
Behandelingen
Aanpak Hartfalen
DNA-diagnostiek Cardiomyopathie
Nieuwe operatie technieken
Anesthesie
Stamceltransplantatie
Hartinsufficiëntie
Wachttijden
Hartoperatie's Buitenland
Leven met Hartfalen
Hartritmestoornissen
ECG
EFO - Ablatie
De Fietsproef
Medicijnen
Posttraumatische dystrofie
Reizen met een ICD
Autorijden met een ICD
Procedure - CBR
Bezorgdheid
Angst, Onzekerheid & Tips
Leren omgaan met Angst
Verwerking van schokkende gebeurtenissen
Traumatologie
Hartverwarmende opmerkingen
Te Hoog Cholesterol
Te Hoge Bloeddruk
Hypertensie
Hartrevalidatie & Lichamelijke inspanning
Hart in Beweging - HIB
Mijn interview in de Hartbrug
Interview met Donorwachtende
Interview met een Donor-ontvangster
Lotgenoten
Nieuwsbrief
Agenda
Werkgroepen - Federatie Hartezorg
Aangesloten organisaties van de Federatie Hartezorg
Hart en ICD Centra in Nederland
Herbalife
Gastenboek
Links

 

 

        Hartklepgebreken          

 

 

 

Geredigeerd door

Prof. Dr. F. Bär, cardioloog

 

Beschrijving

Het hart kun u zich voorstellen als een vierkant dat verdeeld is in vier vakjes, óf als twee helften die ieder weer in twee delen verdeeld zijn: een boezem en een kamer. Er bevinden zich kleppen tussen de boezems en de kamers en kleppen bij de uitgang van de kamers. Deze kleppen gaan open en sluiten door bloeddrukverschillen. Afhankelijk van wáár het hart zich in de pompcyclus bevindt, zal het bloed van één van beide hartboezems naar de aanliggende hartkamer óf uit één van beide hartkamers naar de longslagader of aorta stromen.

 

De klep tussen de rechterboezem en de rechterkamer is de zogenaamde tricuspidaalklep. Tussen de linkerboezem en de linkerkamer bevindt zich de mitraalklep. Bij de uitgang van de rechterkamer zit de pulmonaalklep, terwijl het bloed de linkerkamer verlaat via de aortaklep.

 

De hartkleppen kunnen afwijkingen vertonen. Een vernauwing van de klep wordt een stenose genoemd. Een klep die niet voldoende sluit en daardoor lekt, is een insufficiënte klep. Hartklepgebreken kunnen aangeboren dan wel in de rest van het leven ontstaan zijn. De meest voorkomende oorzaak van zo'n verworven klepafwijking is een infectieziekte. Afwijkingen van de kleppen komen bij de linker harthelft veel vaker voor dan bij de rechter harthelft.

 

Mogelijke afwijkingen

 

Mitraalklepinsufficiëntie en mitraalklepstenose

Door insufficiëntie van de mitraalklep lekt bloed tijdens samentrekken van de linkerkamer terug naar de linkerboezem. Door mitraalklepvernauwing wordt de doorstroming van het bloed van de linkerboezem naar de linkerkamer belemmerd. Bij beide afwijkingen is er dus een teveel aan bloed in de linkerboezem. Het is dan ook niet verrassend dat veel verschijnselen van een mitraalklepinsufficiëntie gelijk zijn aan die van een vernauwing van de mitraalklep. Vaak hebben mensen met een lichtere afwijking aan de mitraalklep trouwens helemaal geen klachten. Als de afwijking ernstig is, kunnen ze bij inspanning snel vermoeid en kortademig zijn of last hebben van hartkloppingen.

 

Een afwijking van de mitraalklep veroorzaakt een ruis over het hart. Deze ruis neemt de arts waar als hij met een stethoscoop de hartslag beluistert. Als de arts een afwijking vermoedt, zal hij een hartfilmpje (elektrocardiogram, ECG) en een echografie van het hart laten maken.

 

Behandeling

Hartklepgebreken kunnen worden behandeld met medicijnen en uiteindelijk een operatie. De chirurg kan een ernstig misvormde klep vervangen door een kunstklep. Soms is het mogelijk een ernstig vernauwde klep op te rekken. Aortaklepinsufficiëntie en aortaklepstenose

 

Zowel bij insufficiëntie als bij stenose van de aortaklep blijft er te veel bloed achter in de linkerkamer. Dit betekent automatisch dat er te weinig bloed naar de rest van het lichaam gepompt kan worden. Bij aortaklepinsufficiëntie wordt het hart groter om toch te proberen genoeg bloed rond te pompen.

 

Lichte afwijkingen van de aortaklep geven vaak in het geheel geen klachten. Iemand met een ernstige afwijking heeft echter last van flinke kortademigheid of pijn op de borst (angina pectoris) bij lichamelijke inspanning. Ook kan hij hierbij flauwvallen. Door deze klachten is inspanning soms niet mogelijk. Afwijkingen van de aortaklep zijn verraderlijk omdat ze zich zonder klachten kunnen ontwikkelen, totdat een gevaarlijke fase bereikt is. Snelle behandeling kan dan nodig zijn.

 

Een misvorming van de aortaklep veroorzaakt een typisch geruis dat de arts met een stethoscoop kan horen. Ook op een hartfilmpje en een echografie van het hart zijn afwijkingen te zien.

 

Een vernauwde klep kan door een chirurg opgerekt of gerepareerd worden. Ook kan hij een ernstig misvormde klep vervangen.

 

Waarschuwing

Mensen met een afwijking aan een van de hartkleppen lopen groter risico op endocarditis en moeten daarom antibiotica innemen voorafgaand aan bijvoorbeeld een behandeling door de tandarts

 

       

            Hartklepvervanging               

 

 

 

Beschrijving algemeen

Bij sommige patiënten met hartklepafwijkingen is het noodzakelijk de kapotte klep te vervangen. Dit gebeurt door middel van een operatie, waarbij de ademhaling en de bloedcirculatie tijdelijk overgenomen wordt door een hart-longmachine. Om bij het hart te kunnen komen, opent de chirurg de borstkas meestal via het borstbeen.

 

Soorten kleppen

Er zijn twee soorten kleppen om de kapotte klep mee te vervangen. De eerste klep is een zogenaamde mechanische klep, gemaakt van een combinatie van metaal en plastic. De tweede klep is een biologische klep die bijvoorbeeld afkomstig is uit een varkenshart. Beide kleppen hebben hun voors en tegens. Het nadeel van een mechanische klep is dat het bloed aan het lichaamsvreemde materiaal makkelijker blijft kleven, waardoor stolseltjes ontstaan. Om dit te voorkomen, moet iemand met een mechanische klep zijn verdere leven lang bloedverdunningsmedicijnen nemen en hiervoor op controle bij de trombosedienst. Een biologische klep is in dit opzicht beter. Het nadeel hiervan is echter dat deze sneller kapot gaat. Vooral bij jonge patiënten kunnen dergelijke biologische kleppen sneller aangetast worden.

 

De hartspecialist zal aan de hand van de klepafwijking, de leeftijd, het beroep en de gezondheidstoestand van een bepaalde patiënt afwegen welke klep het beste is.

 

Herstel en revalidatie

Na de operatie zal de patiënt eerst een aantal dagen in het ziekenhuis opgenomen worden op de intensive care (IC). Hier kunnen de hart- en andere lichaamsfuncties optimaal bewaakt worden. Het verdere herstel zal meestal enige weken tot maanden duren. Hartrevalidatie is zinvol om tot sneller en beter herstel te komen. De klachten zijn na de operatie vaak sterk verminderd of zelfs geheel verdwenen. Wel hebben mensen met kunstkleppen en biologische kleppen een groter risico op het ontstaan van endocarditis. Voorafgaand aan bijvoorbeeld een behandeling door de tandarts moeten zij antibiotica innemen om deze ziekte te voorkomen