ICD-Informatiesite
De Werking van het Hart

Home

Waarom krijgt iemand een ICD
Wat is een ICD
De werking van een ICD
Het ontstaan van de ICD
Nieuwe ontwikkelingen in de ICD technologie
Wat is een Pacemaker ?
Techniek in & om de Pacemaker
Een ICD als Levensverzekering
Uitleg omgang apparatuur
De Werking van het Hart
Het Bewustzijn
Reanimatie
De Ademhaling
Automatische Defibrillator
Automatische Defibrillator - Vervolg
Hartziekten
Hartinfarct
Hartklepgebreken
Hartfalen
Aangeboren Hartafwijking
Vaat - aandoeningen
Syndroom van Marfan
Onderzoeksmethoden
Behandelingen
Aanpak Hartfalen
DNA-diagnostiek Cardiomyopathie
Nieuwe operatie technieken
Anesthesie
Stamceltransplantatie
Hartinsufficiëntie
Wachttijden
Hartoperatie's Buitenland
Leven met Hartfalen
Hartritmestoornissen
ECG
EFO - Ablatie
De Fietsproef
Medicijnen
Posttraumatische dystrofie
Reizen met een ICD
Autorijden met een ICD
Procedure - CBR
Bezorgdheid
Angst, Onzekerheid & Tips
Leren omgaan met Angst
Verwerking van schokkende gebeurtenissen
Traumatologie
Hartverwarmende opmerkingen
Te Hoog Cholesterol
Te Hoge Bloeddruk
Hypertensie
Hartrevalidatie & Lichamelijke inspanning
Hart in Beweging - HIB
Mijn interview in de Hartbrug
Interview met Donorwachtende
Interview met een Donor-ontvangster
Lotgenoten
Nieuwsbrief
Agenda
Werkgroepen - Federatie Hartezorg
Aangesloten organisaties van de Federatie Hartezorg
Hart en ICD Centra in Nederland
Herbalife
Gastenboek
Links

 

 

          De Werking van het Hart 

                                                                                   

 

 

Normale werking van hart en bloedvaten

Als het hart of de hersenen te weinig of helemaal geen bloed meer krijgen kan iemand een hartziekte of een beroerte krijgen. Risicofactoren als roken, een te hoge bloeddruk en een te hoog cholesterolgehalte kunnen hierbij een belangrijke rol spelen. Maar ook leefstijlfactoren als gebrek aan beweging, overgewicht en te vet eten verhogen de kans op hart- en vaatziekten.

 

De werking van het hart

Het hart is eigenlijk een spier die als een pomp werkt. Het hart pompt het bloed met zuurstof en voedingsstoffen via de slagaders naar alle delen van het lichaam. Afvalstoffen worden via het bloed afgevoerd naar de nieren, de lever en de longen.

Het hart is opgebouwd uit een rechter en een linker helft. Elke helft bestaat uit een boezem (of atrium) en een kamer (of ventrikel). De rechter? en de linkerharthelft zijn van elkaar gescheiden door een tussenschot (of septum).

 

De beide kamers zijn met de grote slagaders verbonden. Vanuit de rechterkamer gaat een slagader naar de longen. Vandaar de naam: longslagader (of arteria pulmonalis). Vanuit de linkerkamer gaat er één naar het lichaam en heet daarom grote lichaamsslagader (of aorta).

 

Hartkleppen 

Tussen de kamers en de slagaders zitten kleppen. Deze kleppen voorkomen dat het bloed terugstroomt. Tussen de rechterkamer en de longslagader zit de longslagaderklep (of pulmonalisklep). De klep tussen de linkerkamer en de lichaamsslagader heet lichaamsslagaderklep (of aortaklep). Ook tussen de boezems en de kamers zitten kleppen. De klep tussen de linkerboezem en linkerkamer heet mitralisklep. De klep tussen rechterboezem en rechterkamer tricuspidalisklep

 

Het elektrisch besturingssysteem

Het bloed stroomt doordat de spierwanden van boezems en kamers ritmisch samentrekken. De gangmaker van het hart, de sinusknoop, geeft een elektrische impuls af waardoor de boezems samentrekken. Omdat de boezems en de kamers zijn geïsoleerd, kan de impuls niet zo maar van de boezems op de kamers overgaan. De elektrische verbinding zit in de AV-knoop (atrioventriculaire knoop). Deze vangt de impuls van de boezems op en geeft het met een kleine vertraging door aan de bundel van His, een geleidingssysteem in het septum. Die zenuwbundel geeft de impuls via een fijn vertakt stelsel van kleinere vezels, de Purkinjevezels, door aan de kamerwanden waardoor deze samentrekken. Dit is secondenwerk! Op dat moment wordt het bloed de longen en het lichaam ingepompt.

Bij een volwassene trekt het hart in rust zo'n 60 tot 70 keer per minuut samen. Tijdens inspanning kan dat oplopen tot 160 à 180 keer per minuut. Bij een pasgeboren baby kan het hart tussen de 80 en 200 slagen per minuut slaan. Hoe ouder het kind is, des te langzamer het hart gaat slaan. Bij alle leeftijden geldt een hartslag van ca. 220 en hoger als afwijkend.

 

De bloedsomloop

De bloedsomloop voor en na de geboorte is verschillend. Na de geboorte komt het zuurstofrijke bloed van de longen maar voor de geboorte komt het van de navelstreng.

 

Het bloed wordt uit de linkerkamer door de slagaders (arteriën) het lichaam ingepompt. Daar geeft het zuurstof en voedingsstoffen af en neemt het afvalstoffen op. Het zuurstofarme bloed keert via de aders (venen) vanuit het lichaam terug in de rechterboezem. Vanuit de rechterboezem komt het bloed in de rechterkamer en daarna in de longslagader. In de longen wordt koolzuur (een afvalstof) afgegeven en weer zuurstof opgenomen. Hierna komt het zuurstofrijke bloed via de linkerboezem in de linkerkamer, die het bloed via de aorta weer het lichaam inpompt.

 

Om al dit werk te kunnen doen, heeft het hart zelf bloed nodig. Dat krijgt het via een stelsel van slagaders die het hart als een krans omgeven. Zij worden daarom kransslagaders genoemd (of coronaire vaten).

 

Bron: Nederlandse Hartstichting